Sheikh al-Barraak over de huidige Arabische onrusten

11418

Sheikh cAbdoerrahmaan al-Barraak over de huidige Arabische onrusten

Vraag:

Sommigen menen dat de demonstraties in Tunesië de leider hebben verdreven, zonder echte grote nadelen. Kunnen wij hieruit opmaken dat het toegestaan is om te demonstreren?

Antwoord:

Over hetgeen wat geweest is, zeggen wij: “Alle lof zij Allah.” Verder vragen wij Allah om dit werkelijk tot iets goeds te maken. Maar hetgeen wat zich in Tunesië heeft voorgedaan, kan niet als bewijs gebruikt worden voor het toestaan van demonstraties. Vaak is het zo dat gebeurtenissen een bepaald oordeel kennen, voordat deze plaatsvinden en misschien wel een ander oordeel krijgen nadat deze plaats hebben gevonden.

Wat betreft het oordeel ervóór moet ik zeggen dat wij het niet weten. Het is een kwestie van inzicht en rechtsvinding. Spijtig genoeg is dat de kwestie Tunesië opgevolgd werd door de kwestie Egypte, die namelijk slechter was. Daarna kregen wij te maken met de kwestie Libië die verwoestend blijkt te zijn. Ik vraag Allah dan ook om het tot een goed einde te brengen, en deze slechterik op afstand van haar te houden.

Vraag:

Kunnen wij zeggen dat over het onderwerp demonstraties meningsverschil mogelijk is?

Antwoord:

Dit kan gezegd worden als het gaat om de vredige demonstraties. Dit geldt echter niet voor de anarchistische demonstraties. Deze laatste worden door niemand goedgekeurd. Ze zijn een vorm van kwaad.

Vraag:

Kan ook gezegd worden dat het in opstand komen tegen de leider een onderwerp van discussie is onder de moslims? Vooral als wij bedenken dat sommige geleerden in het verleden in opstand zijn gekomen tegen de leiders.

Antwoord:

Nee. Volgens de methodologie van Ahl us-Soennah wal-Djamaacah bestaat er geen meningsverschil over het verbod op het in opstand komen tegen de moslimleider. Hetgeen wat zich aan opstanden heeft voorgedaan in de islamitische geschiedenis waren slechts gevallen van persoonlijke Idjtihaad (rechtsvinding). Dit mag niet als fundament worden beschouwd. Het fundament wordt namelijk ontleend aan het Boek en de Soennah. En zelfs als er sprake zou zijn van meningsverschil, dan zeggen wij op onze beurt: “Niet iedere meningsverschil is erkend.”

Vraag:

Klopt het dat een aantal geleerden in het verleden naar de Libische leider Khadaffi is gegaan om hem te adviseren over enkele zaken van ongeloof waaraan hij zich schuldig had gemaakt?

Antwoord:

Ja. Een aantal grote geleerden heeft hem bezocht, waarna hij de spot met hen dreef. Vandaar dat daarna een aantal Fataawaa verscheen waarin hij tot Kaafir (ongelovige) werd verklaard.

Fragment uit Majles.Alukah.net 9 maart 2011