Vraag:
Is het vrouwen die menstrueren en/of al-Istihaadhah1 hebben, toegestaan om de vrijdagspreek, lezingen en/of lessen bij te wonen in de moskee?”
Antwoord:
Ja, dit is voor hen toegestaan. De menstruatie belemmert een vrouw namelijk niet in het bijwonen van zittingen van kennis, ook al worden deze in de moskeeën gehouden. Er is geen sprake van bewijs dat een vrouw verbiedt om de moskee te betreden. Het tegenovergestelde is eerder het geval, namelijk dat er bewijzen zijn die aantonen dat het wel toegestaan is voor de vrouw om de moskee te betreden in deze toestand. Van deze bewijzen zijn er twee overleveringen van cAa’ishah.
Toen zij samen met de Profeet (vrede zij met hem) de Hadj aan het verrichten was, brak haar menstruatieperiode aan terwijl ze een plek naderde nabij Mekka, genaamd Sarief. De Profeet kwam bij haar binnen en trof haar huilend aan. Hij (vrede zij met hem) vroeg haar toen: “Ben je menstruerende?” Zij antwoordde: “Ja, O Boodschapper van Allah.” Hij (vrede zij met hem) zei toen: “Dit is in een zaak die Allah heeft voorgeschreven voor dochters van Adam (de vrouwen). Verricht daarom hetzelfde als de andere bedevaartgangers, behalve het gebed en de Tawaaf.”
(al-Boekhaarie)
En hieruit kunnen we opmaken dat de Profeet haar niet heeft verboden om de meest Heilige Moskee te betreden (Masdjid ul-Haraam), maar haar slechts heeft verboden om het gebed en de rondgang om het Heilige Huis te verrichten. Hierin zit dus het bewijs dat de Profeet haar heeft toegestaan om de Heilige Moskee te betreden. Alleen het gebed en de Tawaaf werden haar verboden.
Dit is het bewijs dat het voor een vrouw is toegestaan om welke moskee dan ook binnen te betreden wanneer zij menstruerende is. De Profeet had het cAa’ishah namelijk toegestaan om de Heilige Moskee binnen te gaan, terwijl zij menstruerende was. En hij heeft haar enkel verboden om het gebed en de Tawaaf te verrichten. Als dit geldt voor de Heilige Moskee, laat staan voor alle andere moskeeën.
En in een andere overlevering wordt vermeld dat cAa’ishah zei: “De Profeet (vrede zij met hem) zei op een dag tegen mij:“Haal voor mij een gebedskleed uit de moskee.” Zij zei toen: “O Boodschapper van Allah, ik ben menstruerende.” Hij (vrede zij met hem) zei toen: “Jouw menstruatie kleeft niet aan jouw handen.”
(Moeslim)
In deze overlevering betekent menstruatie het menstruatiebloed. Er is geen twijfel over het feit dat menstruatiebloed onrein is. Maar de vrouw die menstrueert, is zelf niet onrein. Het is namelijk niet zo dat wanneer een onreinheid afkomstig is van een persoon (wie dan ook), dat deze persoon zelf onrein is.
Het is dus toegestaan voor de menstruerende vrouwen om zittingen van kennis bij te wonen, ook al vinden deze plaats in één van de Huizen van Allah. Dit is de juiste manier om dit oordeel te vellen, onderbouwd met deze twee authentieke overleveringen. Bovendien is er sprake van de bekende stelregel onder de geleerden, die luidt dat alle zaken van oorsprong zijn toegestaan. Dit betekent dus dat men zich aan dit basisprincipe houdt tot het tegendeel bewezen wordt. En voeg hieraan toe dat dit principe ook nog eens wordt ondersteunt door de bewijzen.
Sheikh Mohammed Naasir ud-Dien al-Albaanie (Silsilat ul-Hoedaa wan-Noer, tape 623)
[1]Moestahaadah is een vrouw die te kampen heeft met Istihaadhah (vaginale bloeding met soms een korte tussenpoos van één á twee dagen).