Opmerkingen
1.De bovengenoemde zaken bederven de vasten op voorwaarde dat (de betreffende persoon) wetend is, bewust is van zijn handelingen en uit vrije wil handelt. Als hij onwetend is of vergeten heeft of onder dwang handelt wordt zijn vasten niet verbroken.
2. Alles waar men niet aan kan ontkomen zoals stof (dat naar binnen gaat) als men buiten op straat is, bloedneus, bloeding, natte dromen, onopzettelijk overgeven en dergelijke verbreekt de vasten niet.
3. Het is verplicht de vasten te verbreken voor iemand die daar behoefte aan heeft om een Macsoem[1] te redden uit de ondergang, zoals het verdrinken en dergelijke.
4. Eenieder die zijn vasten bedorven heeft met een van de (bij punt 9) genoemde zaken moet het aantal dagen waarin hij de vasten heeft verbroken inhalen en moet berouw tonen en Allah om vergiffenis vragen.
De aanbevolen vasten
1- Het vasten van zes dagen in de maand Shawwaal, na de maand Ramadan. Daarmee verkrijgt men de beloning alsof hij het gehele jaar heeft gevast.
2- Het (regelmatig) vasten van maandag en donderdag, omdat de daden op deze dagen voor Allah worden gebracht.
3- Het vasten van drie dagen iedere maand. Daarmee verkrijgt men de beloning van het levenslang vasten, want een goede daad wordt beloond met de beloning van tien (goede daden). Liever de dertiende, viertiende en vijftiende ( van iedere maand te vasten).
4- Het vasten van de eerste negen dagen in de maand Dhoel-Hiddjah, met de nadruk op de negende dag, de dag van cArafah[2], voor degenen die niet aan al-Hadj (de bedevaart) deelnemen.
5- Het vasten van de maand Moeharram, met de nadruk op de negende en de tiende dag.
De afgeraden vasten
1- Het vasten van de twijfeldag; dit is de dertigste van de maand Shacbaan.
2- Het vasten van de feestdagen cIed ul-Fitr (suikerfeest) en cIed ul-Adhaa (slachtfeest). (Dit is zelfs verboden.)
3- Het vasten van de Tashrieq-dagen; dit zijn de elfde, twaalfde en dertiende van de maand Dhoel-Hiddjah. Met uitzondering van een pelgrim die Moetamattic [3] of Qaarin[4] is en geen Hady (offerdier) kan vinden.
4- Het vasten van vrijdag alleen, afgezonderd van de dag ervoor en/of de dag erna.
5- Het vrijwillig vasten van een vrouw zonder toestemming van haar man.
Belangrijke aanwijzingen betreffende de vasten
Beste moslimbroeder,
1- Verricht de vasten puur uit godsvrucht en rekenende op de beloning van Allah, opdat Hij jou je eerdere zonden vergeeft.
2- Kijk goed uit voor het niet vasten van de maand Ramadan of een dag ervan; immers dit behoort tot de Grote Zonden.
3- Sta op tijdens de nachten van Ramadan om Tarawieh-gebed te verrichten, voornamelijk Lailat ul-Qadr, maar wel omwille van Allah en rekenende op Zijn beloning, opdat Allah jou je eerdere zonden vergeeft.
4- Laat jouw voedsel, jouw drinken en jouw kleding halaal zijn, opdat jouw daden zullen worden geaccepteerd en jouw smeekbedes zullen worden verhoord. En kijk uit dat je jouw vasten met halaal begint en met haraam afrondt.
5- Laat een aantal vastenden bij jou de vasten verbreken (Iftaar), opdat jij (als extra) dezelfde beloning krijgt dat zij voor hun vasten krijgen.
6- Zorg ervoor dat je de vijf dagelijkse gebeden op tijd en in de moskee verricht om de beloning ervan te krijgen en opdat Allah je daarmee bewaart.
7- Geef veel sadaqah (aalmoezen), want de beste Sadaqah is de Sadaqah die je tijdens Ramadan geeft.
8- Kijkt uit dat je jouw tijd verspilt zonder goede daden te verrichten, want je moet je daarvoor verantwoorden en er zal met jou daarover verrekend worden en je zult worden beloond voor wat je daarin aan daden hebt verricht.
9- Verricht een cOemrah tijdens Ramadan, want (de beloning van het verrichten) van cOemrah tijdens Ramadan is gelijk aan (de beloning van het verrichten) van Hadj.
10- Vergemakkelijk je vasten over dag door Soehoer-maaltijd te nuttigen op het allerlaatste gedeelte van de nacht zolang je maar niet vreest dat al-Fadjr al aangebroken is.
11- Vervroeg het verbreken van de vasten (Iftaar) eenmaal ben je er zeker van dat de zon is ondergegaan, opdat je de liefde van Allah (daarmee) zal behalen.
12- Verricht de Ghoesl vóór al-Fadjr om de aanbidding in een reine en schone toestand te kunnen verrichten.
13- Maak gebruik van de gelegenheid dat je je in de maand Ramadan bevindt en houd je bezig met het reciteren van de Koran –immers, de Koran is in Ramadan nedergezonden–, concentreer je en denk goed na over de betekenis van de Koran tijdens het reciteren ervan, opdat hij (de Koran) een voorspreker zal zijn voor jou bij jouw Heer op de Dag des Oordeels.
14- Bescherm je tong tegen het liegen, vervloeken, roddelen en Namiemah[5].
15- Laat de vasten je niet buiten je grenzen laten gaan, zodat je om de kleinste redenen boos wordt met het excuus dat je aan het vasten bent. De vasten moet juist een aanleiding zijn tot de innerlijke kalmte en rust.
16- Neem afscheid van jouw vasten terwijl je vol Taqwaa (Godsvrucht) bent, vol Godbewustzijn zowel openlijk als in het geheim, vol dankbaarheid aan Allah voor Zijn gunsten en standvastig in de gehoorzaamheid aan Allah, door alle geboden op te volgen en alle verboden achterwege te laten.
17- Gedenk Allah, vraag Hem om vergiffenis, vraag Hem om jou het paradijs te laten betreden en jou tegen het Vuur te beschermen. Doe dat zo vaak mogelijk zowel tijdens Ramadan als buiten Rmadan en vooral als je aan het vasten bent, bij het verbreken van de vasten en bij Suhoer, want dit is een van de belangrijkste aanleidingen tot vergiffenis.
18- Verricht zo vaak mogelijk Doecaa’ (smeekbede) voor jezelf, je ouders, je kinderen en (de rest) van de moslims. Immers, Allah heeft ons bevolen Doecaa’ te verrichten en heeft het verhoren ervan voor Zijn rekening genomen.
19- Toon oprecht berouw tot Allah op alle momenten door de zonden te (ver)laten, spijt te krijgen van wat je eerder begaan hebt en door ervan uit te gaan dat je er nooit meer in terugvalt in de toekomst. Immers, wie zich berouwvol tot Allah wendt, Allah zal zijn berouw accepteren.
20- Vast zes dagen in de maand Shawwaal, want wie de maand Ramadan vast en hem vervolgt met het vasten van zes dagen in Shawwaal, (krijgt de beloning van) levenslang vasten.
21- Vast de Dag van cArafah, de negende dag van de maand Doel-hidjah, om de vergiffenis van de zonden van het voorafgaande en het opvolgende jaar te behalen.
22- Vast de Dag van cAashoeraa’, de tiende dag van de maand Moeharram samen met de negende dag (van dezelfde maand), om de vergiffenis van de zonden van het hele jaar te behalen.
23- Ga door met (het behouden van een sterke) Imaan, Taqwaa (godvrucht) en het verrichten van goede daden (ook) na de maand Ramadan tot de dood (tot je komt): “En aanbidt (O Mohamed) jouw Heer totdat AL-YAQIEN (de Zekerheid)[6] tot je komt”
24- Laat de aanbidding zoals het gebed, de vasten, zakaat en hadj haar sporen op jou achterlaten door oprecht berouw te tonen en de gewoontes die in strijd zijn met de Wet van Allah achterwege te laten.
25- Vraag zo vaak mogelijk as-Salaat en as-Salaam voor de Boodschapper van Allah moge as-Salaat en as-Salaam van Allah met hem zijn en met zijn familie, zijn metgezellen en zijn volgelingen tot in de Dag des Oordeels.
Moge Allah ons en alle moslims van degenen laten zijn die de maand Ramadan vasten puur uit godsvrucht en rekenende op de beloning van Allah.
Opmerkingen van de vertaler
[1] ) Macsoem: iemand wiens bloed niet vergoten mag worden.
[2] ) Dit is de dag waarop de Hudjaadj (pelgrims) voor Allah opstaan bij de berg van cArafah.
[3] ) Moetamattic : een Haadj (pelgrim) die in de staat van Ihraam treedt met de intentie eerst een cOemrah te verrichten, daarna uit de staat van Ihraam te treden nadat hij Tawaaf en Sacyi heeft verricht en waarna hij weer in de staat van Ihraam treedt als de dagen van Hadj beginnen om Hadj te verrichten.
[4] ) Qaarin: een Haadj (pelgrim) die in de staat van Ihraam treedt met de intentie de cOemrah en de Hadj samen te verrichten.
[5] ) Namiemah: het overbrengen van slecht nieuws van de ene persoon naar de andere om daarmee problemen tussen hen te veroorzaken.
[6] ) Al-Yaqien (de Zekerheid): hiermee wordt de dood bedoeld.