Het gedenken van Allah

6115

De Profeet (vrede zij met hem) zei: “En er is geen groep mensen die zich in één van de huizen van Allah verzamelt om het Boek van Allah te reciteren en onderling te bestuderen, of Hij doet innerlijke rust op hen neerdalen, genade zal hen bedekken en de Engelen zullen zich om hen heen scharen en Allah zal hen gedenken bij degenen die bij Hem zijn.”

(Moeslim)

Allah gedenkt hen bij Zijn Engelen en pronkt met hen tegenover de Engelen: “Kijk naar Mijn dienaren. Zij hebben hun vrije tijd, vrouwen, kinderen en bezittingen achtergelaten om samen te komen om het Boek van Allah te bestuderen in één van de huizen van Allah.”

Dit zijn de mensen waarmee Allah pronkt tegenover degenen die zich bij Hem bevinden. De Profeet (vrede zij met hem) zegt: “En wie Allah gedenkt in zichzelf; Allah gedenkt hem in zichzelf. En wie Allah gedenkt in aanwezigheid van anderen; Allah gedenkt hem in een aanwezigheid die beter dan hen is.”

(al-Boekhaarie en Moeslim)

Doordat de mensen zich vastklampen aan het wereldse leven en niet omkijken naar datgene wat daadwerkelijk nuttig is voor hen, zie je dat als iemand van hen te horen krijgt dat een koning hem gisteren in een zitting heeft geprezen, of een prins, of een minister, of een directeur of een notabele persoon, hij hoogstwaarschijnlijk die nacht niet zal slapen. Op veel mensen zou dit enorme indruk maken en ze zullen verbijsterd staan. Maar hoe sta jij tegenover deze woorden van de Profeet (vrede zij met hem)?

Waar blijft het gedenken van de Heer, in Wiens Handen zich alles bevindt? Hij is de Gever en de Ontnemer. Het gedenken van Hem zal jou baten en het niet gedenken van Hem zal jou schaden.

Sheikh ʿAbdoel-Kariem al-Khoedayr
Uitgetikt audiofragment