Gedachten strafbaar maken?

3267

Door de uitspraak in de grote Haagse jihadzaak én door nieuwe wetgeving komt de vrijheid van meningsuiting volgens een strafrechtdeskundige, een jihadonderzoeker en een advocaat onder druk te staan. “De gedachten zijn aan het schuiven.”

Pieter van Ostaeyen zet op 6 mei 2014 een bericht op Twitter. “Een Belgische strijder: We hebben moslims nodig die willen vechten en sterven voor Allah. Twee garanties: de overwinning of het martelaarschap.” Het berichtje wordt geretweet door ene Abu Suhayb. Die antwoordt ook: “Is dit tweeten geen ronselen?” “Interessante gedachte”, reageert Van Ostaeyen.

Dat vinden de drie rechters in het grote Haagse jihadproces anderhalf jaar later ook. De tweet belandt in de uitspraak van de rechtbank, het is een van de bewijsstukken waarop Abu Suhayb (de Nederlandse bekeerling Rudolph H.) donderdag werd veroordeeld tot 3 jaar cel. De tweet was opruiend, vinden de rechters, en het feit dat Rudolph hem retweette is het verspreiden van een opruiend geschrift.

Bizar

“Redelijk bizar”, vindt Van Ostaeyen, een Belgische historicus en arabist die via social media honderden jihadisten volgt en via Twitter zijn kennis verspreidt. Veel media gebruiken hem als bron. Het bericht hierboven vond hij op de facebookpagina van een Belgische jihadstrijder.

“Mijn punt was te rapporteren hoe het eraan toe ging ginder, het was niet bedoeld om te provoceren. Ik snap totaal niet waarom ik als onderzoeker zulke dingen niet in de openbaarheid mag brengen. De boodschap van de strijder was opruiend, maar het feit dat ik daarover rapporteer toch niet?” Van Ostaeyen meldt dat hij dan nog geen politie voor de deur heeft gehad.

Opruiend

Het gaat in het megaproces rond de Haagse jihadgroep om talloze tweets, facebookberichten en video’s waarvan sommige een opruiend karakter hebben. Sommige worden de verdachten niet individueel aangerekend, maar wel de criminele terroristische organisatie waar zij volgens de rechtbank deel van uitmaken.

En het maakt ook uit waar je je mening verkondigt: op een open of besloten facebookgroep. In dat laatste geval waren de verdachten niet strafbaar. “Hij heeft misbruik gemaakt van zijn democratische grondrechten door onder het mom van vrije meningsuiting giftige berichten en opruiende video’s te verspreiden”, stelde de rechter over een van de verdachten.

Fundament

Tegelijkertijd stelt de rechtbank in de uitspraak van donderdag dat ‘wat mensen denken en geloven, niet strafbaar kan zijn’ en ‘dat de vrijheid van meningsuiting één van de fundamenten van onze democratische samenleving is’.

Maar advocaat Hendrik Sytema stelt: “Blijkbaar geldt die vrijheid niet voor iedereen… Mijn cliënt retweette een nieuwsbericht van een nieuwsbron. Dat was ook wat Van Ostaeyen deed, naar bijna 17.000 volgers.”

Sytema geeft nog een voorbeeld: “Enkele Nederlandse Syriëstrijders hebben de film ‘Oh Oh Aleppo’ gemaakt, over hun leven daar. De verdachten worden erop aangesproken dat ze die film verspreiden, maar dezelfde film stond ook op de site van de NOS.”

Context

“Het gaat om de context”, zegt universitair docent strafrecht Nico Kwakman. “Het maakt uit of het om een onderzoeker of een jihadist gaat. Een onderzoeker stelt het aan de kaak, een jihadist gebruikt het mogelijk voor ronselen. Maar de strafbepalingen zijn vrij algemeen. Je mag een mening hebben en die mag je uitspreken, maar de juridische grenzen daarbij zijn lastig in beeld te krijgen.”

De Haagse rechtbank stelde in haar vonnis ook dat het verheerlijken van terroristisch geweld in Nederland niet strafbaar is. Met andere woorden: je mag zeggen dat IS een prima organisatie is. Het wordt pas strafbaar als je op een of andere manier oproept om met hen mee te gaan vechten.

Gedachtenpolitie

’s Avonds zei vicepremier Lodewijk Asscher in de Tweede Kamer dat het kabinet opnieuw gaat bekijken of toch ook het verheerlijken van (terroristisch) geweld strafbaar kan worden gesteld. Vorig jaar ging dat plan niet door, het zou tot een ‘gedachtenpolitie’ leiden.

Strafrechtdeskundige Kwakman: “Ik denk dat er heel veel bezwaren aan zo’n wet zitten. Het gaat ten koste van de vrijheid van meningsuiting. Wat als iemand nu oprecht vindt dat IS bestaansrecht heeft, dan kun je hem die gedachten toch niet aanrekenen? Dat kun je pas doen als hij overgaat tot iets tastbaars.”

Charlie Hebdo

Advocaat Sytema: “Dit is dezelfde vrijheid van meningsuiting die we met zijn allen na de aanslag op Charlie Hebo nog zo belangrijk vonden. Maar dat geldt blijkbaar niet als het om een specifieke groep mensen gaat. Als je het verheerlijken van terroristisch geweld strafbaar stelt, valt de Koerdische PKK daar dan ook onder? Of nu even niet omdat ze ons helpen in de strijd tegen IS?”

Kwakman zegt nog: “Twintig jaar geleden zouden we hebben gezegd: ben je gek geworden dat je verheerlijken van geweld strafbaar wilt stellen? Maar onder invloed van alle gebeurtenissen de afgelopen jaren zie je nu dat die gedachte aan het schuiven is.”

Bron: AD.nl

Team al-Yaqeen
12 december 2015