82: Soerat al-Infitaar

7668

Beluisteren

In de Naam van Allah, de Meest Barmhartige, de meest Genadevolle

Als de hemel opensplijt.

En als de sterren neervallen.

En als de zeeën in elkaar overstromen.

En als de graven overhoop worden gehaald.

Dan zal de ziel te weten komen wat zij heeft gepresenteerd en heeft nagelaten.

O mens, wat heeft jou van jouw Heer doen afdwalen?

Die jou heeft geschapen, vervolmaakt en de juiste gedaante gaf.

In welke vorm Hij ook wilde, heeft hij jou samengesteld.

Neen, jullie loochenen de Verrekening.

Terwijl over jullie waarlijk bewakers zijn.

Edelen, schrijvenden.

Zij weten wat jullie doen.

Waarlijk, de rechtschapenen verkeren zeker in gelukzaligheid.

En waarlijk, de verdorvenen verkeren zeker in de Hel.

Zij zullen haar op de Dag der Verrekening binnentreden.

En zij zullen haar niet verlaten.

En wat doet jou weten over de Dag der Verrekening?

Nogmaals, wat doet jou weten over de Dag der Verrekening?

De Dag waarop geen ziel voor een andere ziel iets kan betekenen. En het Bevel behoort op die Dag aan Allah.

Uitleg

‘Als de hemel opensplijt. En als de sterren neervallen. En als de zeeën in elkaar overstromen. En als de graven overhoop worden gehaald. Dan zal de ziel te weten komen wat zij heeft gepresenteerd en heeft nagelaten.’ Als de hemel zal openscheuren, zijn sterren naar beneden vallen, zijn schoonheid verbleekt, de zeeën in elkaar overstromen zodat zij één zee worden en de doden uit de graven opgewekt worden om vervolgens voor hun Heer terecht te staan, dan zullen alle geheimen onthuld worden. Iedereen zal dan te weten komen wat hij aan goede en slechte daden heeft vergaard.

Dan zullen de onrechtplegers op hun vingers bijten vanwege het nietig verklaard worden van hun daden, het naar de verkeerde kant doorslaan van de weegschaal en het eisen van de mensen om vergelding. Zij zullen zich dan volledig beseffen dat hen de eeuwige ellende en bestraffing staan te wachten.

Op die Dag zullen de godsvruchtigen daarentegen de grote overwinning en eeuwige gelukzaligheid behalen en zullen zij weggehouden worden van het Hellevuur.

Vervolgens richt Allah, de Verhevene, zich verwijtend tot de mens die zijn Heer tekortdoet, zeggende (interpretatie van de betekenis): “O mens, wat heeft jou van jouw Heer doen afdwalen?” Is dit vanwege jouw gemakzucht? Of jouw gebrekkige inzicht als het gaat om Zijn bestraffing? Of is het vanwege jouw ongeloof in Zijn beloning?

Is Hij niet Degene ‘Die jou heeft geschapen, vervolmaakte en de juiste gedaante gaf.’ Is het gepast voor jou om je ondankbaar op te stellen jegens jouw Weldoener? Dit kan slechts het gevolg zijn van jouw hardnekkigheid, onwetendheid en onrecht. Wees Allah dankbaar dat Hij jou heeft geschapen als mens en niet als hond of ezel. Vandaar dat Allah zegt (interpretatie van de betekenis): “In welke vorm Hij ook wilde, heeft hij jou samengesteld.”

‘Neen, jullie loochenen de Verrekening.’ Ondanks al deze strenge vermaningen en herinneringen blijven jullie volharden in het loochenen van de Verrekening. Jullie zullen zeker rekenschap moeten afleggen voor jullie daden. Hiervoor heeft Allah Engelen aangesteld die de opdracht hebben gekregen jullie daden en uitspraken vast te leggen. Allah zegt immers (interpretatie van de betekenis) ‘Terwijl over jullie waarlijk bewakers zijn. Edelen, schrijvenden. Zij weten wat jullie doen.’ Zou het dan niet gepast zijn om je eervol en respectvol tegenover hen op te stellen?

‘Waarlijk, de rechtschapenen verkeren zeker in gelukzaligheid.’ Met de rechtschapenen wordt gedoeld op degenen die de rechten van Allah en de mensen in acht nemen en goedheid betrachten in hun daden en uitspraken. De beloning zullen zij met hart, ziel en lichaam ondergaan, zowel in het wereldse leven, als in het Hiernamaals.

‘En waarlijk, de verdorvenen verkeren zeker in de Hel.’ Met de verdorvenen wordt gedoeld op degenen die de rechten van Allah en de mensen schonden. Omdat hun harten verdorven raakten, raakten ook hun daden verdorven. De bestraffing zullen zij met hart, ziel en lichaam ondergaan, zowel in het wereldse leven, als in het Hiernamaals.

‘Zij zullen haar, de Hel, op de Dag der Verrekening binnentreden,’ en daarin de zwaarste bestraffing treffen. ‘En zij zullen haar niet verlaten.’ Eeuwig zullen zij daarin verblijven.

‘En wat doet jou weten over de Dag der Verrekening? Nogmaals, wat doet jou weten over de Dag der Verrekening?’ Deze herhaling is bedoeld om de ernst van die Dag te onderstrepen.

‘De Dag waarop geen ziel voor een andere ziel iets kan betekenen.’ Ook al gaat het hier om twee geliefden, beiden zullen zij geen oog voor elkander hebben en alleen met zichzelf bezig zijn. ‘En het Bevel behoort op die Dag aan Allah.’ Hij zal op die Dag oordelen tussen de mensen. Hij zal degenen die onrecht is aangedaan hun rechten herstellen en de onrechtplegers straffen.