Luisteren naar kwaadsprekerij

9017

Vraag:

Ik heb een vriend die veel over mensen praat. Tijdens de Ramadan, maar ook daarbuiten. Omdat wij samen werken op dezelfde werkplek is hij veel bij mij in de buurt. Wat is het oordeel hierover als ik dit (geroddel) van hem steeds hoor?

Antwoord:

Alle lof zij Allah.

Vooropgesteld is het vasten door Allah voorgeschreven in de maand Ramadan, zodat de vastenden godsvrees verkrijgen. Allah, de Verhevene, zegt (interpretatie van de betekenis):

“O, jullie die geloven het vasten is jullie voorgeschreven, zoals het voorgeschreven was aan degenen voor jullie, opdat jullie (Allah) zullen vrezen.”

(Soerat al-Baqarah: 183)

Als de collega die het vlees eet van de mensen (door te roddelen) geen acht slaat op deze maand, wanneer zal hij hier dan opletten, berouw tonen en Allah vrezen?

Er is overgeleverd dat Aboe Hoerayrah zei dat de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) zei: “Wie valse spraak en het handelen ernaar niet opgeeft, Allah heeft het niet nodig dat hij zijn eten en drinken laat staan.”

(al-Boekhaarie)

cOmar ibn ul-Khattaab zei: “Het vasten is niet slechts het opgeven van je eten en drinken, echter gaat het ook om het opgeven van liegen, valsheid en ijdel gepraat.”

Djaabir ibnoe cAbdillaah al-Ansaarie zei: “Als je vast, laat dan jouw gehoor, jouw zicht en jouw tong vasten van het liegen en het zondigen. Stop het misbruiken van de dienaren. En wees rustig en eerbiedig op dag dat je vast. Laat de dagen die je vast en de dagen die je niet vast niet hetzelfde zijn.”

Mensen die kwaadspreken over andere mensen en “hun vlees eten” moeten er bewust van worden dat hun vasten verloren gaat en zij hier slechts honger en dorst aan overhouden.

Er is overgeleverd dat Aboe Hoerayrah zei dat de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) zei: “Iemand kan vasten en er niets meer aan overhouden dan honger en dorst, en iemand kan het nachtgebed verrichten en hier alleen een slapeloze nacht aan overhouden.”

(Ahmad)

Sommige geleerden zijn van mening dat het begaan van zonden het vasten ongeldig maakt.

Hafsah bintoe Sierien zei: “Vasten is een schild, zolang degene die vast dit niet verbreekt. En wat dit verbreekt, is het roddelen.”

Er is overgeleverd dat Ibraahiem an-Nakha’ie zei: “Zij waren gewoon te zeggen dat het liegen het vasten verbreekt van degenen die vasten.”

Dit was ook de mening van sommige Salaf (vrome voorgangers). Zij waren namelijk van mening dat alle zonden het vasten verbreken. En wie een zonde begaat terwijl hij aan het vasten is, moet dit inhalen. Dit is de mening van imam al-Awzaacie en ook de mening waar Ibn Hazm de voorkeur aan gaf.

Echter, de meerderheid van de geleerden is van mening dat het begaan van een zonde de beloning van het vasten vermindert, maar het vasten niet ongeldig maakt, en dit is de correcte mening.

Roddelen (kwaadspreken) is een grote zonde. Allah, de Verhevene, zegt (interpretatie van de betekenis):

“O jullie die geloven, vermijd veel van (jullie achterdochtige) vermoedens. Voorwaar, een deel van deze (achterdochtige) vermoedens is een zonde. En bespioneer elkaar niet en roddel niet over elkaar. Zou iemand van jullie ervan houden om het vlees van zijn dode broeder te eten? Jullie zouden er en afkeer van hebben. En vrees Allah. Voorwaar, Allah is berouw aanvaardend, Meest Genadevol.”

(Soerat al-Hoedjoeraat: 12)

Er is overgeleverd dat Anas ibn Maalik zei: “De Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) zei: “Toen mijn Heer mij ophief naar de hemel, kwam ik langs sommige mensen die nagels van koper hadden waarmee zij hun gezichten en borsten openkrabden. Ik zei: “Wie zijn dit, o Djibriel?” Hij zei: “Dit zijn degenen die gewoon waren om het vlees van de mensen te eten en hun eer te betwisten.”

(Aboe Daawoed)

Jij moet je collega hierop wijzen en niet goedkeuren waar hij mee bezig is. Er is overgeleverd dat Aboe Sacied al-Khoedriy zei: “Ik hoorde de Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) zeggen: “Wie van jullie iets kwaads ziet, laat hem dit veranderen met zijn hand (door het nemen van actie), als hij dit niet kan, dan met zijn tong (door er iets van te zeggen) en als hij dit niet kan, dan met zijn hart (door hier een afkeer van te hebben),en dit is de zwakste vorm van geloof.”

Imam an-Nawawie zei: “Degene die een ander hoort roddelen over een moslim moet dit verwerpen en degene die dit doet terechtwijzen. Als hij hem niet kan stoppen met woorden dan moet hij dit doen door actie te nemen. En als hij hem niet kan stoppen door actie te nemen of middels woorden, dan moet hij de bijeenkomst verlaten. Als hij geroddel hoort over zijn Sheikh (leraar) of iemand anders die een recht over hem heeft of één van de rechtschapen personen met godsvrees is, dan dient hij nog meer aandacht te besteden aan wat we zojuist gezegd hebben.”

In het boek van imam at-Tirmidhie is er overgeleverd van Aboed-Dardaa’ dat de Profeet (vrede zij met hem) zei: “Wie de eer beschermt van zijn broeder; Allah zal zijn gezicht beschermen van het Hellevuur op de Dag der Verrijzenis.”

(at-Tirmidhie in al-Adhkaar)

Sheikh cAbdoel-cAziez ibn Baaz werd de volgende vraag gesteld: “Ik ben een jonge vrouw die kwaadsprekerij en roddelen haat. In mijn hart haat ik dat en walg ervan, maar omdat ik erg verlegen ben durf ik mensen niet aan te spreken en ik kan ook nergens naartoe om hier weg van te komen. Allah weet dat ik wens dat zij over andere dingen zouden praten. Rust er enige zonde op mij omdat ik met hen zit? Wat moet ik doen? Moge Allah u helpen om het beste doen voor de Islam en de moslims.”

Hij antwoordde: “Er rust een zonde op jou hiervoor, tenzij jij het kwaad aan de kaak stelt. Als zij dit van jou accepteren, prijs Allah dan, en anders dien je te vertrekken en niet met hen te blijven zitten, omdat Allah, de Verhevene, zegt (interpretatie van de betekenis):

“En als jij (o Mohammed) degenen ziet die zich spottend uitlaten over Onze Verzen, wend je dan van hen af totdat zij op een ander onderwerp zijn overgegaan. En indien de satan ervoor zorgt dat jij het vergeet, blijf dan na de herinnering (hieraan) niet bij het onrechtvaardige volk zitten.”

(Soerat al-Ancaam: 68)

En ook (interpretatie van de betekenis):

“En voorzeker, Hij heeft in Zijn Boek aan jullie neergezonden, dat als jullie horen dat de Verzen van Allah worden verloochend en bespot jullie niet met hen (d.w.z. met de verloochenaars en bespotters) moeten blijven zitten, totdat zij op een ander onderwerp overgaan. Voorwaar, (als jullie met hen blijven zitten) dan zullen jullie net als hen zijn. Waarlijk, Allah zal de hypocrieten en de ongelovigen allen in de Hel verzamelen.”

(Soerat an-Nisaa’: 140)

En de Profeet (vrede zij met hem) zei: “Wie van jullie iets kwaads ziet, laat hem dit veranderen met zijn hand (door het nemen van actie), als hij dit niet kan, dan met zijn tong (door er iets van te zeggen) en als hij dit niet kan, dan met zijn hart (door hier een afkeer van te hebben),en dit is de zwakste vorm van geloof.”

(Moeslim)

En er zijn vele andere verzen en overleveringen die hetzelfde aangeven. En Allah is de Bron van alle kracht.”

(Madjmoecul-Fataawa, Sheikh ibn Baaz)

Streef er dus naar om jouw collega te herinneren aan de regelgeving rondom kwaadsprekerij en vertel hem over de bestraffing ervan. Misschien geeft hij zijn zondes op. Herinner hem eraan dat kwaadsprekerij tijdens de Ramadan nog zondiger is, en het basisprincipe is dat jij het zitten met hem dient te vermijden als hij doorgaat en niet reageert op het Bevel van Allah.

Aangezien jij met hem werkt en de werkplaats niet kunt verlaten, vermijd dan om naar hem te luisteren en probeer geen aandacht te schenken aan wat hij zegt. Je kan proberen hem te bedreigen en hem te verklikken bij zijn leidinggevende op werk, of de mensen waarover hij kwaad spreekt in te lichten. Misschien vreest hij Allah niet, maar zal hij wel bang zijn voor de mensen en stoppen met het kwaadspreken over hen. En jij zult dan verlost zijn van het luisteren naar zijn vervelende praatjes.

En Allah weet het het beste.

Islamqa.com