Het goede gebieden en het slechte verbieden

8237

Vraag:

Wat is het oordeel over degene die het nalaat het goede te gebieden en het slechte te verbieden, terwijl hij daar wel toe in staat is?

Antwoord:

Alle lof zij Allah en vrede en zegeningen zij met Zijn Boodschapper.

Het oordeel over hem is dat hij ongehoorzaam is jegens Allah en Zijn profeet (vrede zij met hem) en dat zijn geloof door zwakte wordt gekenmerkt. Tevens loopt hij grote gevaren op zoals het oplopen van een ziek hart en het getroffen worden door een versnelde of uitgestelde bestraffing.

Zoals Allah de Verhevene zegt (interpretatie van de betekenis):

“Vervloekt waren degenen die ongelovig waren van de Kinderen van Israël, aan de hand van de woorden van Dawoed en Isa, de zoon van Maryam. Dit was omdat zij ongehoorzaam waren en (de wet) plachten te overtreden. Zij verboden elkaar het verwerpelijke niet dat zij verrichtten. Slecht was het wat zij plachten te doen!”

(Soerat al-Maa’idah: 78-79)

Ook heeft de Profeet (vrede zij met hem) gezegd: “Wie van jullie iets verwerpelijks ziet, laat hem dat met zijn hand veranderen. Indien hij daartoe niet in staat is, dan met zijn tong. Indien hij daartoe niet in staat is, dan met zijn hart. En dat is de zwakste vorm van het geloof.”

(Moeslim)

Tevens heeft de Profeet (vrede zij met hem) gezegd: “Waarlijk, wanneer de mensen iets verwerpelijks zien en het niet corrigeren, gevreesd wordt dan dat Allah hen gezamenlijk treft met Zijn Bestraffing.”

(Ahmad, Aboe Dawoed en Ibn Madjah)

Daarnaast zijn er tal van overleveringen te vinden die te maken hebben met dit onderwerp.

We vragen Allah tot slot om alle moslims in staat te stellen deze geweldige taak te volbrengen op de wijze zoals het Hem behaagt.

Sheich bin Baaz

Fatawaa al-cOelamaa’ al-Balad il-Haraam blz. 1133